Daar zaten we dan. Op een stoeltje aan de achttiende green van de Royal Obidos. Elkaar hoopvol aankijkend. Zouden we op deze tweede dag van het EMGJ nog een sprongetje naar boven kunnen maken? Zou het mogelijk zijn om in die top 5 te komen? Het veld van het EMGJ was nog nooit zo sterk bezet. Er waren nog nooit zoveel landen (zei men). En ja, de banen waren nog nooit zo moeilijk geprepareerd als deze week. Voor jullie info: de greens van Royal Obidos deden 12,3 op de stimpmeter. Dat is een beetje vergelijkbaar met wanneer je thuis op de tegels in je keuken een putt probeert te maken. Het is aanraken en daar gaan ze dan. Dat het iets was waar niet alleen wij als Nederlanders last van hadden, zo bleek wel weer. Want er werd steen en been geklaagd. Of nou ja, geklaagd is misschien niet het goede woord. We realiseerden ons vooral allemaal dat we er geen klote van kunnen.
De Praia D'El Rey Golf Course was na twee oefendagen het décor van de eerste échte krachtmeting tussen de twaalf landen tijdens het EMGJ 2024. Nederland staat na die eerste dag op een verdienstelijke zesde plaats, al had er meer in gezeten zo vonden de deelnemers unaniem. Hoogtepunten: de beste score van de dag van álle golfers voor Stef Swagers (+5) en een fraaie eagle (+2 birdies) voor Hélène Wiesenhaan.
Het dreamteam van de NVGJ, kort voor het begin van de EMGJ in Portugal. Let's do it!
Lees de verslagen en bekijk de mooie foto's. Regen en wind in Nederland, (ondergaande) zon in Portugal.
"Van de gele tees is te moeilijk, zegt de wedstrijdleiding. Daarom moeten de heren van blauw", sprak captaine Madelon Barenbrug. "En de teemarkers op rood worden helemaal naar voren gezet."
Moeilijk? Een blik op de scorekaart van de Royal Óbidos Golfcourse (vijf keer par-3, vijf keer par-5 en acht keer par-4) maakte duidelijk dat we van blauw slechts 5450 meter moeten overbruggen. De dames blijven zeer royaal onder de vijf kilometer.
Ook al geruststellend was de raadpleging van de handicaptabellen: iedereen krijgt minder slagen dan zijn of haar handicapgetal. Het kan niet anders dat de baan meevalt. Het enige minpunt is misschien dat de wedstrijdleiding er eigen regels op na houdt: iedereen speelt voor driekwart van zijn playing handicap.
Eenmaal onderweg tijdens deze tweede oefenronde vroegen we ons af hoe de wedstrijdleiding tot dit besluit is gekomen.
Oké, golf is een lastig spel. Maar op deze baan, met veel strategische gesitueerde waterhindernissen en razendsnelle greens, wordt het de speler (m/v) ietsje moeilijker gemaakt. Golflegende Seve Ballesteros, die de baan ontwierp, had er kennelijk zin in...
Gelukkig bestaat een flink deel van ons team uit onverschrokken types, echte longhitters zelfs, die niet zo snel geïmponeerd zijn. Water? Daar speel je gewoon om- of overheen. Snelle greens? Ook daarvoor is de oplossing eenvoudig: een stuk zachter putten dan je thuis gewend bent.
Dus het kan niet missen dat de meesten van ons op woensdag, als we hier voor de echte score spelen, ten minste 30 stablefordpunten bijeen swingen. Omdat we niets (of bijna niets) aan het toeval wensen over te laten, lieten we de vroege oefenronde van vandaag (met drie starts vanaf 8 uur) volgen door een lange tactische teambespreking, een alcoholvrije lunch en een pittige sessie op zowel driving range als putting green. Daarna deed iedereen verplicht een middagdutje. En vanavond, zo is de afspraak, liggen we vroeg in ons mandje.
O ja, het parcours glooit nogal. Bovendien is het vaak nogal ver lopen van green naar volgende tee. Welbeschouwd is het een echte buggybaan. Daarom laten we woensdag de handtrolleys en elektrische trolleys in de stalling (ze zijn bovendien van zeer matige kwaliteit, die niet past bij de vijf sterren die op dit real estate is geplakt) en legden we beslag op een flink deel van het buggypark. Want onze inschatting is dat we de andere elf landen dan in ieder geval rijdend over de betonpaden het nakijken zullen geven. Op naar morgen: de eerste wedstrijddag, op Praia d'el Rey.
De eerste oefenronde zit erop. En wel die op Praia d’el Rey. Wat zoiets betekent als ‘strand van de koning’. Althans, dat beweert de chauffeur van ons busje onderweg naar het clubhuis. Mij kunnen ze alles wijsmaken wat dat betreft. En eigenlijk spreekt er niemand van ons Portugees. Behalve Pamela. Die het graag liever wat onder de aandacht houdt, maar als ze haar zinnen heeft gezet op een specifiek drankje in een specifiek grote beker/glas/mok/wat er voor door moet gaan. Dan ineens weet ze toch iets tegen hem te ratelen waardoor hij gaat rennen. De smiecht.