Nederlandse Vereniging van Golfspelende Journalisten
14.12.2020
Uiteindelijk heeft onze grote golfgoeroe Robbie van Erven Dorens dan toch het loodje moeten leggen, dit tegen alle verwachtingen in. Hij was nu eenmaal onsterfelijk, toch?! Charles Taylor bij het overlijden van Robbie van Erven Dorens over het leven van Mr. Golf.
Robbie werkte altijd keihard, gedisciplineerd, gefocust en maakte lange dagen. Niets mocht het bereiken van zijn doelen in de weg staan. Hij ging zijn eigen weg. Altijd voor de winst. Arbeidsethos cum laude. Daarnaast lééfde hij het leven. Uitbundig, royaal, oprecht, vaak grenzeloos. Om van alle (in-)spanningen los te komen. “Vanuit een goede balans komen de beste dingen”, was hij overtuigd. “Komt uit het Boeddhisme”.
We zitten in Barretje Hilton op de Amsterdamse Apollolaan. Precies op de afgesproken tijd. Hij is nooit te laat op afspraken. Correspondent, golfmedewerker, dát wil hij worden voor de Telegraaf/Telesport. Eerst drinken we koffie en water want zaken moeten tenslotte nuchter worden gedaan. Van golf had ik in die tijd- eind jaren zeventig- geen bal verstand, dus stelde ik hem als zijnde chef van de sportredactie, per direct aan. Had ik dat niet gedaan, dan zou hij rechtstreeks contact hebben opgenomen met “jouw baas, de hoofdredacteur, of nog hoger zelfs, de directeur”, liet hij mij weten. “Want golf hoort, nee moét, een plaats krijgen in de krant”. De deal werd gesloten. Robbie wilde voor zijn te leveren inspanningen niets declareren, noteerde braaf de telefoonnummers van de steno-afdeling, en bestelde vervolgens een flesje wijn. De middag liep vervolgens moeiteloos over in de avond.
In het eerste jaar produceerde Robbie drie berichtjes. De uitslag van de Ouders -kinderenwedstrijd op de Hilversumse, vond hij zelf het meest belangrijk… In de jaren daarna volgde na licht aandringen, ook ander gevarieerd golfnieuws. Waaraan, zo meldde de juffrouwen van steno mij, dikwijls geen touw was vast te knopen. Of veel te laat, en bijna onverstaanbaar werd doorgegeven, om nog in alle edities van de krant te kunnen laten drukken. De geroutineerde stenograves vonden het desondanks niet erg want deze wat bekakt sprekende golfmedewerker was toevallig wel een charmante man van wie ze waren gaan houden. Wie immers vroeg zo diep in de nacht hoe het met de dames ging, en hoe ze zich tijdens die zware nachtdiensten voelden? Ze hadden mindere kerels aan de lijn gehad op die tijdstippen, absoluut.
De contacten met Robbie werden frequenter. Zijn aansprekende eigenzinnige persoonlijkheid was dikwijls heel inspirerend. Als oud- topsporter (hockey en golf) bij voorbeeld had hij veel prachtige verhalen te vertellen en te delen, waarmee een goed toehoorder en verstaander zijn voordeel kon doen. Erg leerzaam was ook de manier waarop hij vanuit die invalshoek uitstekende analyses kon maken over andere sporten, vastgeroeste instituties en vooral officials die leiding moesten geven of besturen bemanden zonder daarvoor over de nodige competenties te beschikken. Omdat hij zijn denkbeelden over dit soort zaken vaak nogal luidruchtig en publiekelijk debiteerde werd hem dat lang niet altijd in dank afgenomen. Daar had hij dan geen enkele moeite mee.
Robbie had veel vrienden tot in de hoogste kringen. Relatiemarketing noemde hij dan ook de jachtpartijtjes die hij onder andere voor deze topmensen uit het bedrijfsleven, sociaal-maatschappelijke instanties en de lobbywereld jaarlijks organiseerde. Een paar maal mocht ik ook bij een jacht aanwezig zijn, “maar alleen achter het geweer blijven”, zoals dat in jargon heet.
Ergens in het late najaar meldde ik mij in de landerijen rondom Voorst. Het was een uur of zeven, nat en koud. Er waren jagers, drijvers, honden en voor iedereen een hartversterkertje. Proost. Robbie heette de mensen welkom, zei ook proost, er schalde een hoorn en ergens wat verderop wisten vette fazanten die in augustus als veelbelovende kuikens waren uitgezet voor deze jacht, dat ze moesten maken weg te komen. Maar waarheen? Regen bleef gestaag vallen en opeens verscheen een rijtje fazanten in prachtige kleurenpracht uit de bosrand, opgejaagd door schreeuwende drijvers en blaffende honden. Vlak voor mij werden geweren geheven. Maar er werd gewacht en nog niet geschoten. Helemaal niet geschoten zelfs want voor de kleddernat geworden beesten was opvliegen geen optie meer: te nat, te zwaar om de lucht in te gaan, maar wel angstig kuierend de jagers tegemoet om vervolgens tussen en langs hun benen en hun geheven geweren in het struweel te verdwijnen. Gered van de hagel, gered uit de pan, want bij de grond mag op geen fazant worden geschoten en “Regels zijn regels”, vertelde Robbie. Net zoals bij golf. Leerzaam, zeker als beginnend golfertje.
Een rollercoaster werd het werken met mr. Golf in de jaren erna, zeker toen hij in 1982 de rechten verwierf van het Internationale Golfkampioenschap van Nederland, dat voorheen door de NGF werd georganiseerd. Van heel dichtbij kreeg ik zicht op de unieke wijze waarop Robbie zijn kennis, kunde en vakmanschap etaleerde voor decesionmakers van onder meer megabedrijven als TDK, TNT en vooral Heineken en KLM. Als ondernemer toonde hij initiatief, moed en inzicht en transformeerde hij ons Nederlandse Open tot een aansprekende topsportonderneming met onwijs veel positieve spin-offs op allerlei gebied. Golf groeide onder het gezag dat hij rondom de puike organisatie van ons Open op natuurlijke wijze uitstraalde, en dat kwam ook door de manier waarop hij vorm en inhoud gaf aan het toernooi. Robbie schuwde niet om de show zelf te stelen maar juist wel om die te laten stelen door mondiale topspelers naar ons land te halen. Door clubvrijwilligers als marshalls te fêteren en te huldigen en nog veel meer. Hij was niet alleen van het Grote Plaatje, hij zag dat ook, innoveerde en handelde daarnaar. En dat allemaal op zijn eigen soms onnavolgbare wijze.
Zijn groei als toernooidirecteur, de substantiële groei van de golfsport en van zijn buro ReVed waar hij grote steun had aan uiterst deskundige medewerksters als Inge Langhout en Anja Fabery de Jonge, later ook zijn zoon Guy, liep parallel aan de groei van golf in de krant. En met name de groei van golfleden- en liefhebbers die in de krant vonden wat bij andere media werd gemist: golf en alles wat daarmee te maken heeft. We schreven samen een boekje Leer golf met Jack Nicklaus, organiseerden clinics en toen vriend Piet van Kleef (Dunhill) ook op de groeitrein stapte, een eigen competitie voor alle clubleden in ons land met als finale: spelen op de Old Course in St.Andrews. De NGF vond deze initiatieven pas leuk toen daarvoor een kleine som geld werd betaald en Toto Stumphler namens de federatie als wedstrijdleider mee mocht.
Ondertussen reisde ik jaren achtereen naar de grote toernooien met The Open en het Masters als absolute hoogtepunten. Robbie was daar ook heel vaak, met name het Masters in Augusta (Georgia). Hij was daar vooral om profs te paaien voor ons Open, maar ook om het exclusieve zaterdagavond diner van de Old St.Andrews Club, vlak bij de baan in Augusta niet te missen. Een gedenkwaardig gezelschap gedecoreerde ouderlingen in de golfsport voor wie op die speciale avond oceaanfrisse kreeften en oesters werden geserveerd. Vanzelfsprekend diezelfde ochtend nog in Floridiaanse wateren gevangen en per vliegtuig aangeleverd. De wijn kolkte in het rond, Robbie hield een toespraak zoals hij dat alleen kan. Dus passeerden uitgehaalde schelmenstreken, oproepen tot rebellie waar dan ook en andere avonturen de revue; dat alles onder de onuitgesproken code dat alles binnenskamers moest blijven. Waarvan, helaas, acte!
Dat neemt natuurlijk niet weg dat ik hem eeuwig dankbaar zal blijven voor de vele keren dat ik via hem kon meespelen in pro-ams. Bernhard Langer, Sandy Lyle, Gary Orr, Amon Darcy , Vijay Singh en vele andere topprofessionals kon ik zo van heel dichtbij meemaken. We waren naast Amerika ook onder meer op Valderrama, in Parijs en Bretagne en in de hele UK. Daar zag ik ook met eigen ogen wat met etiquette wordt bedoeld en dat jasje-dasje niet voor niets standaard is als na het borrelen op de 19e aan tafel wordt gegaan en de prijzen worden uitgereikt. Overal was Robbie zichtbaar in binnen- en buitenland. Een groot en terecht gerespecteerd ambassadeur voor de golfsport waaraan de NGF, de clubs en ook onze eigen mede door hem geïnitieerde NVGJ, heel veel te danken heeft gehad.
Rust zacht, goede vriend.
Charles Taylor, oud-voorzitter en erelid NVGJ
De 'surprisereis', dit keer naar Spanje, zit er weer op. Sommigen stellen bleven nog iets langer, de meesten stapten maandag om 17 uur in de bus om pas tegen middernacht de golftas weer van de band op Schiphol te tillen. Het waren een paar sublieme dagen. Zonnetje, mooie banen, hier en daar een drankje, geen onvertogen woord, allemaal tevreden (hoewel niet altijd over het spel).
Natuurlijk was het spannend wie zich na dag 2 aan de top van het klassement zou nestelen. Maar alle aandacht, liefde en knuffels waren er in de eerste plaats voor Janneke Koster. Deze keer niet vanwege briljant golfspel maar vanwege een nachtelijke, onfortuinlijke val die haar een pijnlijke en opgezwollen enkel bezorgde. En veel warmte dus, als zij desondanks toch naar het terras of diner strompelde, steunend op Henk. Het was op dag 2 opnieuw zonnig maar wel een stuk frisser. Het was weer fijn spelen langs kleurige gevels. Ondanks netten langs de fairway vlogen hier en daar toch ballen richting koffiekopjes in tuinen en bij zwembaden. Op het oog bleef de schade beperkt. Bij het diner deden Ger en Rene de prijsuitreiking. Die leverde een heel andere top 3 op dan op dag 1, met Ron (mooie 34), Helene (keurige 32) en Frank van de familie Commandeur met een degelijke 31 punten. Dat maakt het klassement spannend. Op de laatste dag gaan Olga (59 punten) en Frank Maanders (58), Willem Buijteweg (58) runner up Ron Peereboom (57) en Ger (56) voor de hoofdprijzen. Voor de dagprijzen hebben ook anderen kans. Weer: zonnig, nog iets kouder.
Dag 2. De beste scores waren niet super, met 33 en 31. Onderhoud van Bellavista liet ook te wensen over, maar de zon scheen en het was droog en de gamba's a la ojillo waren heel lekker, dus waarom klagen. Olga won de eerste prijs, Willem Buijtenweg de tweede en Ger gelukkig de derde, anders waren alle dagprijzen naar de familie Commandeur deur gegaan, Frans Maanders werd 4. Gulzige types. Tot en met 14 punten rekenden we als de middenmoot, daaronder glom de degradatiezone. Peter - zijn naam liever hier niet noemen - had meer strepen dan punten, maar hij bleef gezellig. We applaudiseerden voor Hans T. We missen hem. Goed gedaan Hans. Mooi reisje.
Verrassingen genoeg tijdens deze surprisereis. Zeer aangenaam zonnig weer. En de Transavia vlucht met het grootste deel van de deelnemers vertrok ondanks dubbele storm en dankzij gunstige startbaan op tijd, om zes uur, om vier uur aanwezig, om 3 uur van huis. Een uitje. Een deel van de 24 deelnemers liep vrijdag al een oefenrondje, alsof dat zou helpen. En anderen, zoals Helene en Cara, deden zich aan de boulevard tegoed aan voortreffelijke visgerechtjes. Een paar keer zelfs. Het licht in het restaurant was buitengewoon helder en Willem B was zeer tevreden over het dessertbuffet. Dus de eerste dag deugde. Morgen het echte werk, om 9 uur vertrekken voor een ronde op Bellavista. Vanavond lijkt niemand zich daar nog druk om te maken.
Een stormachtig begin van de 'surprisereis' voor de NVGJ'ers! De vlucht van het gezelschap naar Faro was gelukkig niet geannuleerd. Drie dagen verblijven ze in het Hilton Islantilla Golf Resort. Henk Koster nam de stokken direct ter hand en begon met een rondje. Mooi weer, polootje was voldoende. De redactie wenst iedereen veel plezier in Portugal!